De spelregels
Het doel van het spel
Speel de bal zó tegen de voorwand dat je tegenstander deze niet reglementair kan terugslaan.
De rally
- Je slaat om de beurt de bal tegen de voorwand.
- De bal moet de voorwand raken tussen de tin (onderste balk) en de bovenste uitlijn.
- De bal mag ook de zij- en achterwanden raken, zolang hij daarna reglementair de voorwand raakt.
- De bal mag maximaal één keer stuiteren op de vloer vóór je hem terugslaat.
- Je mag ook volleyen (de bal slaan vóór hij de grond raakt).
- Een rally eindigt als:
- De bal uit gaat of fout wordt geslagen.
- De bal tweemaal stuitert.
- Er een LET of stroke wordt toegekend.
LET – Rally opnieuw spelen
- LET betekent dat de rally geen punt oplevert en opnieuw wordt gespeeld.
- Wordt gegeven bij twijfel, hinder of als het onveilig zou zijn om te slaan.
- Bijvoorbeeld als je je tegenstander per ongeluk hindert bij zijn slag.
STROKE – Punt voor tegenstander
- Een stroke is een punt voor de tegenstander als je hem duidelijk hindert of in de weg staat bij een goede slagkans.
- Ook als jij te dicht op hem staat en hij niet veilig kan slaan.
- Stroke = puntverlies voor jou.
Puntentelling
- Elke rally levert een punt op (rally point scoring).
- Gespeeld wordt tot 11 punten per game.
- Bij 10-10 moet er met 2 punten verschil worden gewonnen.
- Wedstrijden gaan meestal over best of 5 games.
Veiligheid
- Twijfel je of je je tegenstander kunt raken? Speel dan een LET.
- Oogbescherming wordt sterk aangeraden.
- Fair play en respect voor elkaar zijn essentieel.
Klik hier om een squashbaan te reserveren